De redactie wenst u een mooi 2021.
Waarin Corona weer een biertje is 🍻, Donald alleen maar een eend, een Dissel alleen maar iets voor een caravan 🚙🏕️, de Jonge gewoon weer kaas 🧀, Positief weer positief 👍🏻✅🆗, Isolatie alleen maar iets wat je tussen je spouwmuur stopt 👷🏻♂️🛠️, Wattenstaafjes alleen nog in je oren 👂🏻, Mondkapjes alleen nog voor bij het zagen 😷❌😷✅, vi(e)russen uit Moskou komen en niet uit Wuhan 😑, 1,5 meter de minimale afname van bier bij de horeca wordt 📏🍻🍻🍻🍻🍻🍻🍻, kortom weer een "normaal" jaar maar wel met het besef dat alles niet zomaar "normaal" is. Laten we proosten op een mooi 2021 met heel veel gezelligheid en een goed gezondheid. Proost, a votre Santé, Prosit, Skol, Gam Bei, L'Chaim, Prost, Lechyd Da, KonBei!, Cheers big Ears, Sláinte, Stin Eyiassou, Na Zdrowie!, Saude, Na Zdravi!, Doggy Wawa.
0 Comments
De centrale overheid mag van hem de regie op de woningmarkt weer meer naar zich toe trekken. Corporaties moeten zich in hun ambities niet laten afremmen door de verhuurderheffing. En de revival van het woord volkshuisvesting is een goede zaak. Maak kennis met Martin van Rijn, sinds 1 september de nieuwe voorzitter van Aedes. Dat 2020 een bijzonder jaar is, lijkt een understatement. Maar voor sommigen was dit jaar nét even iets markanter dan voor anderen. Voor Martin van Rijn (64) bijvoorbeeld. Eind maart, aan het begin van de coronacrisis, plukte het kabinet hem weg bij de Reinier Haga Groep. Minister voor medische zorg Bruno Bruins moest om gezondheidsredenen een stap terug doen. Met zijn jarenlange ervaring in de zorg – hij was van 2012 tot 2017 onder meer staatssecretaris van VWS – leek Van Rijn de geknipte kandidaat. Ambities Na drie maanden gaf hij het stokje door. In juli werd Van Rijn door de leden benoemd als nieuwe voorzitter van Aedes, waar hij op 1 september is begonnen. Gezien zijn achtergrond niet zo vreemd. Hij werkte de eerste twintig jaar van zijn loopbaan bij het ministerie van VROM en was daar als plaatsvervangend directeur-generaal verantwoordelijk voor het grotestedenbeleid en de sociale huursector. Van Rijn zit inmiddels een paar maanden in het zadel. Een goed moment om hem – online in zijn werkkamer, tegen een achtergrond van boekenkasten – te vragen naar zijn eerste ervaringen en zijn ambities. ‘Volkshuisvesting heeft een andere gevoelswaarde dan wonen of woningmarkt, dat vind ik mooi om te zien’ Waarom hebt u gekozen voor Aedes? ‘Volkshuisvesting heeft, net als de zorg, altijd een warme plek in mijn hart gehad. Ik heb aan het begin van mijn loopbaan lang bij het ministerie van Volkshuisvesting gewerkt, ik was zelfs nog een tijdje hoofd Toezicht woningcorporaties. Dus het was ook wel een beetje thuiskomen.’ U loopt hier nu een aantal maanden rond. Wat vindt u van de organisatie en van de vereniging? ‘Tijdens mijn kennismakingsronde viel mij een aantal dingen op: iedereen vindt het plezierig dat ik het woord volkshuisvesting gebruik. Dat is uit de mode geraakt. Terwijl wat corporaties doen en willen doen gewoon met volkshuisvesting te maken heeft: zorgen voor betaalbare woningen voor mensen die het niet al te breed hebben, nu en in de toekomst. En zorgen dat die woningen goed beheerd worden. Een klassieke taak.’ ‘Ik merkte dat volkshuisvesting een andere gevoelswaarde heeft dan wonen of woningmarkt, dat vind ik mooi om te zien. Verder zie ik heel betrokken mensen die zich goed bewust zijn van de grote opdrachten die voor ons liggen. We hebben eigenlijk weer te maken met een nieuwe woningnood. Daar komen bij de verduurzaming, betaalbaarheid – in een totaal andere context – en de sociale cohesie in wijken en buurten.’ ‘We hebben natuurlijk ook te maken met de verhuurderheffing. Toch zitten corporaties niet bij de pakken neer. Dat juich ik toe. We moeten redeneren vanuit de opgave, niet zozeer vanuit de belemmeringen door wet- en regelgeving.’ U hebt van 1980 tot en met 2000 gewerkt bij het ministerie van VROM in de volkshuisvesting. Wat is er in de tussenliggende decennia veranderd? ‘Er is een tijd geweest dat we veronderstelden: de woningnood is voorbij. Dat was in de tijd van de grote Vinex-wijken. De woningbehoeftecijfers liepen terug, we gingen van kwantiteit naar kwaliteit. Dat is veranderd.’ ‘De vraag is weer actueel wat corporaties in het sociale domein nu wel en niet moeten doen. We beseffen weer veel meer dat wonen, zorg, welzijn en veiligheid in wijken en buurten echt met elkaar verbonden zijn. Dat die niet zonder elkaar kunnen, dat we veel meer de verbinding moeten benadrukken.’ ‘Mede door deze veronderstelling, maar ook door het gebrek aan bouwlocaties en trage bouwprocedures, zie je dat de realisatiecijfers van corporaties niet altijd op 100 procent zitten. Daardoor ontstond het beeld dat corporaties geld over hebben. Daar kwam de financiële crisis nog eens overheen. Dat samen stond aan de basis van de verhuurderheffing en de gedachte dat de markt het misschien maar beter kon oppakken.’ Wat zijn voor u momenteel de belangrijkste speerpunten? 'In ieder geval de nieuwe woningnood. Die heeft een moeilijke dimensie. De bouwcapaciteit vormt een belemmering. Binnenstedelijk bouwen is ingewikkelder dan buitenstedelijk. Grote bouwlocaties zijn er niet meer. We moeten ons afvragen of die voor een deel moeten terugkomen. Want als we echt veel moeten bouwen is het de vraag of dat allemaal binnenstedelijk kan.’ ‘Er moeten structurele maatregelen komen om ervoor te zorgen dat woningcorporaties de nieuwbouwopgave aankunnen’ ‘Tweede speerpunt, wat ik al noemde: de sociale cohesie in wijken en buurten. Die vraagt om goede samenwerking. Als een corporatie iemand die dakloos is of iemand die bij een zorginstelling aanklopt een woning biedt, dan moeten we ook afspreken welke zorg en begeleiding zo iemand krijgt. Anders heeft de persoon zelf er niets aan, en de buurt ook niet.’ Wat vindt u van het huidige kabinetsbeleid op het gebied van de sociale woningbouw? ‘De politiek, en dat geldt dus ook voor dit kabinet, ziet dat een aantal dingen moet veranderen. Er is een taskforce opgericht om de nieuwbouw verder aan te jagen, de markttoets om middenhuur te realiseren is opgeschort, er is een korting op de verhuurderheffing als er geïnvesteerd wordt in nieuwe woningen.’ ‘Dat juich ik toe. Maar we moeten oppassen dat het niet blijft bij lapmiddelen. Er moeten structurele maatregelen komen om ervoor te zorgen dat we die opgave aankunnen.’ Wat zijn dan die structurele maatregelen? ‘Enerzijds zorgen voor meer bouwlocaties en bouwprocedures versnellen. Ervoor zorgen dat gemeenten meewerken wanneer het gaat om bijvoorbeeld grondprijzen, dat er letterlijk en figuurlijk wat ruimte is voor corporaties om met andere partijen de sociale cohesie te bevorderen. En de investeringsruimte voor corporaties moet groter, dus de verhuurderheffing moet eraf.’ ‘Maar nogmaals anderzijds – en dat vind ik heel belangrijk: als we de handen uit de mouwen willen krijgen, moeten we beginnen met iets te willen en na te denken over hoe we dat kunnen realiseren. En vervolgens kijken: welke problemen komen we tegen en hoe lossen we die op? In die volgorde.’ Is er voldoende centrale regie?‘Als je de grote bouwopgave wilt realiseren, moeten er bouwlocaties zijn en moeten corporaties en gemeenten afspraken maken over waar wat wordt gebouwd en hoeveel. Dan komt de vraag: is het genoeg, in het juiste tempo? Toen ik bij VROM zat, hadden we een afdeling planbehandeling. Die behandelde helemaal geen plannen, maar keek: wat is er afgesproken, wat moet welke regio realiseren? En ging er vervolgens achteraan als de prestaties achterbleven. Dat hielp.’ ‘We moeten beginnen met iets willen en pas daarna kijken welke problemen we tegenkomen en hoe we die oplossen’ Is die centrale regie minder geworden? ‘Ja, dat denk ik wel. Er is nu ook geen ministerie van Volkshuisvesting meer. Dat wil niet zeggen dat dit allesbepalend moet zijn, maar het helpt wel.’ Minister Ollongren heeft met Aedes en VNG afgesproken om gezamenlijk binnen twee jaar te groeien naar een bouwproductie van minimaal 25.000 woningen per jaar. Is dat haalbaar? In 2018 bouwden de corporaties gezamenlijk niet meer dan 13.000 nieuwe sociale huurwoningen. ‘We moeten het haalbaar maken. Maar als we blijven praten in de zin van: het is heel moeilijk, er zijn veel belemmeringen, dan weten we zeker dat het niet lukt. Ik zeg er ook altijd bij: wij kunnen dit, we hebben in de loop van de geschiedenis niets anders gedaan dan dit. Dat gaan we gewoon weer doen.’ De financiële slagkracht van corporaties staat onder druk. Wat gaat u hieraan doen? ‘Daar kan de afschaffing van de verhuurderheffing helpen, to put it mildly. En ten aanzien van de verduurzaming van woningen: hoeveel middelen wil de overheid daarvoor uittrekken? Je kunt veel van corporaties vragen, maar daar zal ook wat geld bij moeten.’ In Brussel speelt dezelfde discussie. Daar werkt men aan een groot herstelplan voor de economie. Brussel zegt: gebruik nou een groot deel daarvan voor de verduurzaming van woningen. Ik hoop dat de Nederlandse regering dit oppikt, want dan snijdt het mes aan twee kanten: verduurzaming van woningen en een stimulans voor de economie.’ Hoe ziet u de samenwerking met andere partijen? ‘De opgave die voor ons ligt, is zo groot dat de tijd van domeingevechten voorbij is. Waar het maar enigszins kan, moeten we samenwerken. We hebben elkaar hartstikke hard nodig.’ ‘De gezamenlijke opgave die voor ons ligt, is zo groot. De tijd van domeingevechten is voorbij’ ‘Er is in Nederland veel meer consensus dan voorheen over wat er moet gebeuren voor de woningmarkt en de volkshuisvesting. Daarom moeten we als woningcorporaties over onze eigen toekomst gaan. En komen met een gezamenlijk plan voor wonen.’ Martin van Rijn in gesprek met Marijke Wijnands. Zij huurt een energiezuinige woning van woningcorporatie Staedion in de Tuinen van Morgenstond in de Haagse wijk Morgenstond. En hoe kijkt u aan tegen de samenwerking met de gemeenten?
‘Op de terreinen wonen, zorg en welzijn hebben grote hervormingen plaatsgevonden. De rode draad is: hoe breng je de verantwoordelijkheid meer naar lokaal niveau? Zou je alles vanuit Den Haag normeren en regelen en voorschrijven waarop mensen recht hebben, dan kijk je eigenlijk niet naar deze lokale verschillen.’ ‘Je moet ervoor zorgen dat de ontkokering die op rijksniveau heeft plaatsgevonden, niet op gemeentelijk niveau terugkomt. Gemeenten hebben goud in handen omdat ze de verantwoordelijkheid voor zorg, welzijn, veiligheid en wonen met elkaar in verbinding kunnen brengen. Dan wil je dat de wethouders zorg en wonen met zorg- en wooninstellingen afspraken maken die een verbreding zijn van de prestatieafspraken en die wederkerig en niet vrijblijvend zijn.’ ‘Dat is een randvoorwaarde om te komen tot meer leefbaarheid en sociale cohesie in wijken. Dat is een heel belangrijk punt voor de komende tijd. Eigenlijk roepen zowel corporaties als zorg- en welzijnsinstellingen gemeenten op om de regie te nemen.’ U zat als staatssecretaris in het kabinet dat de verhuurderheffing invoerde. Hoe kijkt u daar achteraf op terug? ‘Het had deels te maken met het tijdsgewricht: de gedachte dat de woningnood afnam en dat de markt meer zou kunnen doen. Bovendien: de verhuurderheffing was gewoon een crisisheffing. Het was alle hens aan dek.’ ‘Gemeenten hebben goud in handen omdat ze de verantwoordelijkheid voor zorg, welzijn, veiligheid en wonen met elkaar in verbinding kunnen brengen’ ‘We zitten nu weer in een crisis. En moeten investeren om deze te boven te komen. Dan helpt verlaging van de belastingdruk voor corporaties zeer. De heffing was misschien nog wel te begrijpen toen zij werd ingevoerd, maar het handhaven van de verhuurderheffing nu is niet uit te leggen.’ U bent eerder dit jaar als minister nog een aantal maanden verantwoordelijk geweest voor de aanpak van de coronacrisis. Als voorzitter van Aedes krijgt u een andere crisis op uw bord: de woningnood. Wat is voor u de taaiste uitdaging? ‘De coronacrisis is natuurlijk onheil dat van buiten op ons afkomt, waarvan we, zeker in het begin, weinig afwisten. De premier heeft wel eens gezegd: met 50 procent inzicht moeten we 100 procent beslissingen nemen. Dat is natuurlijk een heel heftige crisis, onvergelijkbaar met de woningnood.’ ‘Maar we hebben het geluk dat we in Nederland corporaties hebben, die heel veel weten van volkshuisvesting, wonen en van betaalbaar bouwen. Die kennis en ervaring moeten we gebruiken om de wooncrisis te bestrijden. Laten we trots zijn dat we zo’n sociale huursector hebben. Ik vind dat een kroonjuweel van Nederland.’ MARTIN VAN RIJN (1956)begon zijn loopbaan in 1980 bij het toenmalige ministerie van VROM waar hij vanaf 1995 plaatsvervangend directeur-generaal was. In de periode 2000-2007 werkte hij als directeur-generaal bij de ministeries van BZK en VWS. In 2008 werd hij bestuursvoorzitter van pensioenuitvoerder PGGM. Van 2012 tot 2017 was hij staatssecretaris van VWS in het kabinet-Rutte II. Tot zijn beëdiging als minister voor Medische Zorg en Sport in maart 2020 was hij voorzitter van de raad van bestuur van ziekenhuisgroep Reinier Haga. Foto: Phil Nijhuis Tekst: Jan Smit FLORON organiseert deze winter voor de zevende maal de Eindejaars Plantenjacht in een ogenschijnlijk onmogelijk periode: midden in de winter. Van Kerst tot 3 januari gaan plantenliefhebbers overal in Nederland op zoek naar bloeiende planten. We zijn benieuwd hoeveel verschillende planten er dan nog in bloei staan en welke bloeiende plant het meest wordt gezien. Jij kunt ook meedoen!
We verwachten deze winter aardig wat bloeiende planten te vinden. Het gaat dan bijvoorbeeld om soorten die bij het uitblijven van serieuze nachtvorst de bloei nog wat weten te rekken of om soorten die het hele jaar door bloeiend te vinden zijn. En als het weer echt meezit dan beginnen voorjaarsbloeiers al te bloeien op zonnige en beschutte plekken, zoals we in eerdere jaren hebben gezien. Doe mee! De regels zijn eenvoudig:
Nieuw dit jaar: botanisch stoepkrijten Samen met Stoepplantjes van de Hortus Botanicus Leiden schrijven we een prijsvraag uit voor de mooiste stoepkrijtenmomenten op sociale media die voorzien zijn van #stoepplantjes of #plantenjacht. We hebben 120 stoepkrijtpakketten verzonden aan deelnemers door het hele land. Behalve stoepkrijt kun je ook schoolbordkrijt gebruiken. Verbeter je kennis Amsterdams florist Hanneke Waller maakte een presentatie met 139 dia's over de plantenjacht waarin alle algemene winterbloeiers staan uitgelegd. Test je kennis tijdens de Eindejaars Plantenquiz Op 29 december om 19.30 uur is het zover: de allereerste Eindejaars Plantenquiz! Hoe je mee kunt doen, lees je in onze nieuwsbrief. Eindejaars Plantenjacht en corona Vanwege corona zijn er dit jaar geen plantenjachtwandelingen. Wel kun je samen met een gezinslid, kinderen, vriend of vriendin op plantenjacht. FLORON heeft voor haar activiteiten coronarichtlijnen en -maatregelen opgesteld in lijn met de adviezen van het RIVM. Wat zijn de belangrijkste (wets)wijzigingen per 1 januari 2021 voor woningcorporaties?
U vindt ze in dit overzicht. Eenmalige huurverlaging Huurders in een sociale huurwoning hebben recht op een eenmalige huurverlaging, als ze relatief te duur wonen. De Wet Eenmalige Huurverlaging Huurders met een Lager Inkomen die dit regelt, treedt per 1 januari 2021 in werking. Bij woningen met een huurprijs boven de laagste aftoppingsgrens (633,25 euro in 2021) hoort de woningcorporatie van de Belastingdienst of een huishouden in aanmerking komt voor een eenmalige huurverlaging op basis van het inkomen over 2019. En zo ja, hoe groot het huishouden is. Lees meer in het artikel Eenmalige huurverlaging in 2021. Maximale huurverhoging De maximale huurstijging voor de meeste sociale huurwoningen in 2021 is vastgesteld op 2,4 procent (inflatie +1 procent). Het maximaal toegestane huurverhogingspercentage bij een inkomensafhankelijke huurverhoging is vastgesteld op 5,4 procent. Daarnaast zijn er ook aanpassingen in de huur- en inkomensgrenzen voor het ontvangen van huurtoeslag, de 80-10-10-regeling, het passend toewijzen en de indexeringspercentages. U vindt deze informatie in het artikel Huurbeleid in 2021. Nieuw energielabel voor gebouwen Vanaf 1 januari 2021 is er een nieuw energielabel voor gebouwen. Dit label geeft beter inzicht in de energiezuinigheid van het gebouw. De energielabelletter blijft bestaan, maar de bepalingsmethode voor de energieprestatie van woningen verandert. Deze nieuwe methode heet de NTA8800. Met de NTA8800 wijzigt de indicator van de energieprestatie: de Energie-Index wordt vervangen door de indicator primair fossiel energiegebruik. Dit is de basis voor de nieuwe klassegrenzen van energielabels. Het nieuwe energielabel geldt voor alle gebouwen. Daarmee komt de methodiek van het vereenvoudigd energielabel (VEL) en de Energie-index (EI) te vervallen. Voor meer informatie over het nieuwe energielabel kunt u terecht in het dossier Energie en Duurzaamheid. Eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen Met de invoering van de NTA8800 wijzigen ook de eisen aan nieuwbouwwoningen. Vergunningsaanvragen voor alle nieuwbouw moeten vanaf 1 januari 2021 voldoen aan de eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG). Deze nieuwe bouwregels stellen eisen aan de maximale energiebehoefte, het fossiele energiegebruik en aan het opwekken van hernieuwbare energie van gebouwen. Dit betekent dat bij nieuwe woningen en gebouwen niet alleen rekening moet worden gehouden met een goede isolatie en energiezuinige installaties, maar ook met de toepassing van duurzame energie. Tegelijkertijd treedt ook de eis in werking om het risico op oververhitting in de zomer tegen te gaan, de zogenoemde TOjuli-eis. Meer informatie over de BENG-eisen vindt u in het dossier Energie en Duurzaamheid. Subsidieregelingen verduurzaming Er zijn ook wijzigingen in diverse subsidieregelingen voor het verduurzamen van woningen. Met name de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE) is gewijzigd. Informatie hierover vindt u op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Aedes werkt momenteel aan een totaaloverzicht van de subsidieregelingen verduurzaming. Zodra dit beschikbaar is wordt het hieraan toegevoegd. Nieuwe wet voor toeristische verhuur van woonruimte Gemeenten krijgen meer middelen om de vakantieverhuur van woningen in goede banen te leiden. Op plekken waar schaarste is aan woonruimte of de leefbaarheid onder druk staat, kunnen gemeenten maatregelen treffen. Bijvoorbeeld het invoeren van een registratieplicht of een maximum stellen aan het aantal nachten dat een woning toeristisch mag worden verhuurd. Bij ernstige overlast of grote negatieve effecten van toeristische verhuur hebben de gemeenten ook de mogelijkheid om een vergunningensysteem in te voeren. Daarnaast wordt handhaven en de aanpak van fraude makkelijker, bij herhaaldelijke overtreding kan een boete van maximaal 87.000 euro worden opgelegd. Meer informatie vindt u op de website van de Rijksoverheid. Over consolidatie, verduurzaming en de brug naar de buurt Spontane acties Even lijkt Corona de grote spelbreker, maar dankzij versoepelingen tijdens de zomer van 2020 grijpen bewoners hun kansen. Aangestoken door het enthousiasme van de initiatiefgroep en de gespreksgroep, ontstaan diverse spontane bewonersacties, zoals enkele tuinfeesten, een plantenbak-actie, een ideeënbus, een minibieb, een verjaardagskalender en zelfs een schoonmaakploeg voor het ontsmetten van de centrale ruimten. De hiervoor benodigde schoonmaakmiddelen worden gratis ter beschikking gesteld door woningcorporatie Waterweg Wonen. Contact met de buurt Zo zijn we flink op weg. Volgens de definitie van Studio BRUIS is een sociaal vitale woongemeenschap te herkennen aan vijf indicatoren: 1. bewoners kennen elkaar; 2. voelen zich verbonden voelen met elkaar; 3. verlenen elkaar praktische hand- en spandiensten; 4. doen mee aan activiteiten; 5. organiseren zelf ook activiteiten. Terugkijkend op het geheel zien we dat er op alle indicatoren flink meters zijn gemaakt. Het vuur blijft branden! Eén punt lijkt wat onderbelicht: contact met de buurt. De ‘Erasmussen’, zoals de bewoners zich inmiddels noemen, willen geen naar binnen gekeerde enclave zijn zonder contacten met de buurt. Met spijt in het hart hebben enkele ‘uithuizige’ clubs voorzichtigheidshalve hun activiteiten buitenshuis opgeschort. Zoals de uit-etenclub, de sportclub en de museumclub; deze komen als gevolg van Corona vooralsnog niet in de actiestand. Ondanks deze moeilijke omstandigheden is op allerlei manieren overbruggend contact met de buurt gelegd. Zo is tijdens een wijkwandeling (zie deel 2) en een reeks van vijf gespreksbijeenkomsten (zie deel 3) onderzocht hoe de startende woongemeenschap de brug naar de buurt kan slaan. Complexbewoners zijn immers ook buurtbewoners. In de buurt kun je halen én brengen. Omdat de Erasmussen barsten van het talent en in korte tijd een sociaal veerkrachtige groep zijn geworden, kunnen ze écht iets betekenen voor hun buurtgenoten. Voor de Vlaardingse Westwijk, een buurt met veel lage inkomens, is dat een welkome verrijking. Een mooi voorbeeld is de Erasmus papierprikgroep. Heel concreet en zichtbaar draagt deze club bij aan een schone, hele en veilige buurt. Duimen van passanten gaan omhoog; er worden praatjes aangeknoopt: “Ach zijn júllie die bewoners van dat nieuwe flatgebouw?” Als blijk van waardering bezorgt de nabijgelegen Super alle bewoners van het wooncomplex een pakketje met lekkernijen. Sociale kaart Ook heeft een groepje bewoners een begin gemaakt met het inventariseren van instellingen, organisaties en bewonersinitiatieven in de buurt. Wat is er allemaal te doen op het gebied van gezondheid, welzijn, ontmoeting, sport, enzovoort? Het inkleuren van de sociale kaart is een vast onderdeel van de BRUIS methode. Die ziet uitwisseling met de omliggende buurt als een kenmerk van een krachtige woongemeenschap. Er zijn plannen om contact te leggen met de scholen, waar diverse Erasmussen zich verdienstelijk kunnen maken als voorleesopa’s en -oma’s, oversteekhulpen en groene adviseurs in de schooltuintjes. De initiatiefgroep sluit zich aan bij het regulier buurtoverleg van initiatieven in de Westwijk. Zo zetten de Erasmussen zich stap voor stap op de sociale kaart van de Vlaardingse Westwijk. Consolidatie: van idee naar verhaal In deze blogreeks hebben we gezien hoe de Erasmussen het centrale idee ‘omzien naar elkaar’ vorm hebben gegeven in een daadwerkelijk gepraktiseerd woonverhaal: het verhaal van appartementencomplex Erasmusplein. Een wooncomplex waar veel te doen is, waar het gezellig is, waar mensen elkaar kennen en naar elkaar omzien en waar iedereen een steentje bijdraagt, binnen én buiten de eigen gemeenschap. In een eigen Manifest leggen de Erasmussen vast wat samen ouder worden in een woongemeenschap voor hen betekent. Daarbij baseren ze zich onder meer op uitspraken van bewoners tijdens de laatste bijeenkomst van de gespreksgroep, begin september 2020. Organisatievorm In de laatste fase van het project – ruim een jaar na de start – krijgt de ontwikkelde bewonersbeweging meer structuur. Eind november 2020 draagt de initiatiefgroep het stokje over aan de dan gevormde Activiteitencommissie Erasmusflat, een bewonersorgaan met een eigen verenigingsstatus. De Activiteitencommissie maakt gebruik van reguliere ondersteuningsmogelijkheden die Waterweg Wonen biedt aan bewonersorganisaties in wooncomplexen, zoals advies en een potje voor de financiering van activiteiten. Voor de ‘tijdelijke buitenboordmotor’ Kees Penninx van bureau ActivAge is dit het moment om het stokje over te dragen aan de woongemeenschap die nu op eigen benen staat. Gemeenschapsvorming: nooit af Zoals het gebouw professioneel fysiek onderhoud nodig heeft, zo heeft een woongemeenschap van huurders op gezette tijden professioneel sociaal onderhoud nodig. De opdracht van de nieuwe Activiteitencommissie is om het woonconcept Erasmusplein ook in de toekomst fris en fruitig te houden. De bewoners krijgen daarin enkele uren per week praktische en inhoudelijke ondersteuning van Carla Loos, bewonersconsulent in dienst van Waterweg wonen. Vanaf het begin is Carla bij Studio BRUIS betrokken geweest. Deze permanente steun in de rug geeft de bewoners ook in de toekomst het idee dat ze ergens op terug kunnen vallen als ze even niet verder komen. Ook bemiddeling en conflicthantering van buiten kunnen ooit wellicht nodig zijn, zoals de ervaring leert in sommige oudere wooncomplexen. Noem het waakvlamcontact. Gemeenschapsvorming is als het brandend houden van talloze kleine vlammetjes. Het is een boeiend fenomeen. Al was het alleen maar vanwege het feit dat het nooit af is. Een aanrader om alle blogdelen te lezen, het weer nodigt niet uit om naar buiten te gaan en dan kunt u, als 80 plusser, beter de telefoon horen. Of bent U al gebeld?? Benieuwd naar het hele verhaal? Lees hier alle blogdelen Het geluk van Vlaardingen. Bron: Kees Penninx Op verzoek van huismeester Bas gaarne aandacht voor het volgende:
De overschot aan fietsen die niet meer gebruikt worden en soms hinderlijk in de weg staan voor de andere gebruikers. Er staan in een hoek bij de autouitgang een aantal fietsen met een sticker erop. Als er één of meerdere fietsen van u zijn en u wilt ze niet meer gebruiken, komt er in de tweede week van het nieuwe jaar een mannetje ze ophalen om zodoende wat ruimte te creëren. Dus als u op weg bent om uw dagelijkse rondje te maken, kijk dan even bij die verzameling al dan niet rijdend materiaal. Nogmaals de fietsen die in die hoek blijven staan, worden in het nieuwe jaar opgehaald en afgevoerd. Nanotechnologie-toepassingen ter bevordering van gezondheids- en hygiënediensten.
Er zijn grote inspanningen geleverd om de algemene toestand van de volksgezondheid en de preventie van infectieziekten in menselijke gemeenschappen over de hele wereld te verbeteren. Om deze reden worden veel middelen bijeengebracht in naam van de wetenschap; Het is duidelijk dat de wereld van gezondheid en hygiëne een ander doel is voor de ontwikkeling van Nanotechnologie-toepassingen. NanoProf's biedt virus/bacterië bestendige coatingmaterialen en supplementen die elementen bevatten die virussen/bacteriën of gevaarlijke schimmels elimineren bij blootstelling aan een lichtbron; aldus helpt het bij het bestrijden en handhaven van een schone, microbe -vrije omgeving. Aanbevolen toepasselijke omgevingen!! ✅Afgesloten en bevolkte gebieden - scholen en kleuterscholen, fabrieken, luchthavens, winkelcentra. ✅Gezondheidsinstellingen - ziekenhuizen, ziekenhuizen, klinieken. ✅ Openbaar vervoer - bussen, treinen, taxi's, vliegtuigen. ✅ Menselijke contactoppervlakken - deurklinken, toetsenborden, laptops, telefoons, geldautomaten. ✅ Aangewezen rookruimtes - ontbindend vuil (teer en nicotine) dat een slechte geur en ziekte veroorzaakt. Bron: Serge van Soest/NanoProfsHolland En weer moesten in de ochtenduren de kelen gesmeerd worden, de toonladders even geoefend, de ademhaling gecontroleerd want er moest weer door het gelegenheidskoor worden gezongen. Mevr. Heemskerk vierde haar geboortedag en ondanks dat je aan een dame niet naar haar leeftijd mag vragen, kunnen wij u wel vertellen dat Corrie Heemskerk al negen kruisjes achter haar naam heeft staan. Via "Lang zal ze leven" naar "Er is er één jarig", "Hieperdepiep" kwam onder begeleiding van de 120 basser van Jaap het "Volkslied van Noordwijkerhout" weer voor het voetlicht. En het klonk als een klok. Mevr. Heemskerk, nog vele jaren in ons midden. Het bestaat: 200 euro betalen voor een matras in een overvol huis. Gewoon, in Zaanstad. Veiligheidsregisseur Tanja van der Linde komt het tegen in haar dagelijkse praktijk. ‘Woonfraude en overbewoning zijn daarom twee van onze speerpunten bij het verbeteren van de leefbaarheid in de pactwijken Poelenburg en Peldersveld’, verklaart ze. ‘Overbewoning is een bron van heel erg veel irritatie bij de overige bewoners.’ De veiligheidsregisseur is in ‘een rare tijd begonnen’. Half juni, dat was dus middenin de Coronacrisis.’ Ze krijgt volgend jaar een werkruimte in het centrum van Poelenburg zelf, zegt Van der Linde. ‘In de Lobelia, we komen daar tussen de bewoners te zitten, duidelijk zichtbaar. Dat wekt vertrouwen en dan ziet iedereen direct dat we daadwerkelijk aan de slag zijn met het aanpakken van misstanden in de wijk.’ De buurt krijgt vertrouwen Aan reacties, op bijvoorbeeld de recent uitgevoerde verkeersacties, merkt ze al dat de buurt meer vertrouwen begint te krijgen dat de gemeente ook werkelijk de daad bij de woorden voegt. ‘De wijkbewoners klagen al lang over parkeeroverlast van de vele dure auto’s die hier overal voor de deur staan en over al die werkbusjes van voornamelijk glazenwassers in Poelenburg. Soms lijkt het wel of alle glazenwassers van heel Noord-Nederland uit Zaanstad komen.’ Dus worden wagens met een buitenlands kenteken vaker en steviger gecontroleerd en wordt goed gekeken naar de aard van de werkzaamheden van de bestuurders. ‘Mensen zien dat. Ze merken dat we optreden. Daardoor beginnen ze ons vaker te benaderen.’ Huisvestigingsvergunning Lange termijnplannen, voor de komende 20 jaar, zijn natuurlijk van belang onderschrijft de veiligheidsregisseur de beginselen van de Pact-aanpak. ‘Even zo belangrijk voor het vertrouwen van de wijk is echter dat mensen direct effect ervaren van de Pact-aanpak. Vandaar dat we het multidisciplinaire projectteam woonfraude hebben opgezet. Iemand die zich in Poelenburg en Peldersveld vestigt, heeft een huisvestingsvergunning nodig. Daarnaast geldt de verplichting om je in te schrijven in de basisregistratie personen (BRP). En gelden er vanuit het Bouwbesluit regels over het minimaal aantal m2 gebruiksoppervlakte per persoon (overbewoning). Daar handhaven we nu op. We focussen ons hierbij vooral nu op de particuliere woningmarkt. In de afgelopen twee maanden zijn we tijdens huisbezoeken veel situaties tegengekomen waar één of meerdere overtredingen plaatsvinden. Huurders en verhuurders krijgen eerst een redelijke termijn om de onrechtmatige situatie te herstellen. Doen zij dat niet, dan wordt er overgaan tot het opleggen van een bestuurlijke boete. De eerste boetes zullen de aankomende periode worden opgelegd. Met regulering via het vergunningensysteem ontstaat zicht op wie zich in Poelenburg vestigt.’ We willen grensoverschrijdend gedrag voorkomen. Sommige mensen die hier naar toe trekken hebben vaak geen keuze in waar ze kunnen gaan wonen. Uitbuiting, huisjesmelken, geluidoverlast: het ligt allemaal op de loer. Recent nog kwam een huiseigenaar hierheen met een verzoek voor een woonvergunning voor 12 mensen’, geeft Van der Linde de ernst van de situatie aan. De talloze verhuisbewegingen, de opstapeling van afval en huisraad op straat en naast containers: het is veel wijkbewoners een doorn in het oog. Gevaar van waterbed-effect ‘De aanpak van woonfraude is een groot project, dat we willen blijven monitoren. Ook in andere delen van Zaanstad. Het gevaar van een ‘waterbed-effect’ bestaat namelijk. Als we het in Poelenburg en Peldersveld oplossen, moeten op andere plaatsen binnen de gemeente niet ineens dezelfde problemen optreden.’ Om die reden betrekken we de wijk Zaandam Zuid ook bij de aanpak. De politiek kan hulp bieden, spreekt de veiligheidsregisseur een wensgedachte uit. ‘Onze hoop is gevestigd op de gemeenteraad. We moeten toe naar een nieuwe verordening, zodat we paal en perk kunnen stellen aan woningsplitsing en kamerverhuur’, meent Van der Linde. Verdienmodel in Poelenburg en Peldersveld ‘We willen echt het verschil kunnen maken. Want het bestaat echt: werken voor een baas, doodmoe thuiskomen en 200 euro betalen voor een matrasje op de vloer van de baas zijn woning. Het is een veelvoorkomend verdienmodel in Poelenburg en Peldersveld, bewoners reppen wel vaker over illegale praktijken op de openbare weg. Daarom komen veel burgers ’s avonds liever niet meer op straat.’ Na de coronacrisis Tanja van der Linde kijkt al weer vooruit. ’Als de coronacrisis voorbij is, kunnen we ook onze andere werkzaamheden weer oppakken. Dan gaan we door met ‘achter de voordeuren kijken’. Aanbellen en even binnengaan. Vragen hoe het gaat. Dat ligt nu nog allemaal even stil.’ Ze heeft er zin in. Bron: Tanja van der Linde, veiligheidsregisseur Zaanstad Een klavertjevier betekent geluk
Het college vraagt de gemeenteraad om het nieuwe werkstuk 'Gelukkig leven; welzijnsbeleid 2021-2024' vast te stellen. Het bevat 25 actiepunten die direct ingezet kunnen worden. Raad aan zet Het college vraagt de raad het nieuwe welzijnsbeleid vast te stellen. En ook om geld voor de uitvoering beschikbaar te stellen. De raad behandelt het voorstel begin volgend jaar. Eén gemeente – één beleid Zegt de raad 'Ja' dan zijn de verschillen in het welzijnswerk tussen de voormalige gemeenten Noordwijk en Noordwijkerhout gelijkgetrokken. Een gemeente, een beleid, gelijke regels en een zelfde aanpak van het welzijnswerk. Het leven verandert Het nieuwe beleid houdt rekening met hoe het leven in onze mooie dorpen verandert. Meer oude mensen zorgen ervoor dat zorgkosten stijgen. Ook wonen ze veel langer thuis. Om goed om te gaan met deze veranderingen is er de aanpak vernieuwd. Het geluk van onze inwoners staat centraal. Visie en ambitie In het stuk 'Gelukkig leven; welzijnsbeleid 2021-2024' staat de visie van de gemeente. Hoe je het welzijnswerk het beste uitvoert. Er is samengewerkt. De gemeente betrok inwoners via deze website. Ook de Adviesraad Sociaal Domein Noordwijk gaf zijn mening. Hun advies vind je hieronder. Gelukkig oud worden De gemeente wil een paar dingen heel graag. Zet zich in voor een betrokken samenleving. Waarin iedereen mee kan doen. Het prettig samenleven is. En waar je gelukkig oud kunt worden. Er zijn 4 speerpunten. Slim vormgegeven in een klavertjevier. Ze zijn belangrijk. Geven richting. De 4 speerpunten:
De speerpunten komen niet uit de lucht vallen. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat dit de belangrijkste zaken zijn die bijdragen aan een gelukkig leven. Per speerpunt worden activiteiten en projecten gestart. In totaal 25 acties. De gemeente en de partijen waarmee ze samenwerkt kunnen meteen aan de slag. Lees ook:
Nu je hier toch bent. Vind je het leuk om mee te denken, ideeën aan te dragen, initiatieven verder te brengen en bij te dragen aan een fijn Noordwijk? Geef je op voor Samen Noordwijk. Met een hoogwerker zijn vrijdagochtend de eerste bomen geplant op de balkons van de nieuwe Trudo-toren op Strijp S. Samen met struiken en planten veranderen ze de gevel vanaf komend voorjaar in een groene oase.
Nog voor het goed en wel is aangelegd, krijgen verhuurder Trudo en toekomstige bewoners van de nieuwe Trudo-toren al rode wangetjes van het ‘verticale bos’ dat de gevels gaat sieren. De komende maanden worden in totaal 135 bomen en een veelvoud aan struiken en planten over de balkons van deze toren verdeeld. Ze moeten de gevels veranderen in een ‘groene oase’, zoals Trudo het zelf noemt. De 70-meter hoge woontoren telt 19 verdiepingen met starterswoningen die straks plaats bieden aan 125 nieuwe Strijp-S’ers. Tuigje Vrijdagochtend werden de eerste hazelaars en veldesdoorns per hijskraan op hun plek gezet. De hoveniersbrigade gaf daarbij al een klein voorproefje van wat de bewoners straks te wachten staat. Gezekerd met een tuigje om hun middels en soms balancerend op de rand van het balkon, werden de boompjes afgemeten op de plek die door de architect voor ze was ingetekend. Dezelfde boombrigade zal komend jaar vergelijkbare toeren uithalen, als de boompjes toe zijn aan hun eerste snoeibeurt. Uitzicht Planten in december… dan zitten al die boompjes nog zonder blad en dus zal het voorbijgangers niet direct opvallen dat de vergroening van de toren begonnen is. Maar wat gaan de bewoners straks merken van al dat groen voor hun ramen? Gaan ze überhaupt nog iets zien het uitzicht dat er achter verscholen ligt? “Dat valt nog mee hoor’, stelt Martijn Verberne van het verantwoordelijke hoveniersbedrijf Du Pre gerust. “We gaan de bomen regelmatig snoeien. Natuurlijk maken die bomen en struiken straks deel uit van het uitzicht. Maar daar kiezen de bewoners dan ook voor. Maar de rest van de stad blijf je zien.” Natuurlijk kijkt men straks tegen bomen en struiken aan. Maar daar kiezen de bewoners dan ook voor. Maar de rest van de stad blijft ook goed zichtbaar, hoor! Onderhoud De bewoners hoeven straks zelf niet met gietertjes en snoeischaren aan de slag om al dat groen te onderhouden. Dat pakken Trudo en Du Pre zelf op. Verberne: “We gaan die bomen twee keer per jaar snoeien en sowieso komen we vier keer per jaar langs voor onderhoud.” Een intelligent irrigatiesysteem zorgt ervoor dat de bomen - ingegraven in een bakken van 80 centimeter diep - aan genoeg water komen. “We hebben sensoren in die bakken geplaatst, die bij droogte het signaal aan de machinekamer doorgeven om de kraan aan te zetten. Een afgemeten hoeveelheid water wordt dan via een leidingstelsel aan de bakken toegevoegd. Volautomatisch. Winterhard, zon- en windbestand De Italiaanse architect Stefano Boeri - die in Milaan ook al zo’n begroeide toren op zijn naam heeft staan - stelde voor het Eindhovense zusje een lokaal groenprogramma samen. Verberne: “We hebben gekeken naar bomen en planten die het hier goed doen, winterhard zijn en tegen wind, zon en schaduw kunnen. De beplanting aan de zonarme noord-oostkant wijkt af van de zonrijke zuid-westkant.” Bron: tekst en foto's Studio 040 BAM Wonen heeft de laatste koopwoningen van in totaal 394 woon- en zorgappartementen in het project Park Malderborgh in Nijmegen opgeleverd aan de bewoners. Met de oplevering van het gebouw De Lelie, bestaande uit 22 koopwoningen, zijn de werkzaamheden voor Park Malderborgh afgerond. Park Malderborgh is een eigen gebiedsontwikkeling van BAM Wonen bestaande uit 394 woon- en zorgappartementen in zes verschillende wooncomplexen. In Park Maldenborgh zijn huur- en koopappartementen gerealiseerd, inclusief zorgkamers en speciale kamers voor patiënten met dementie (PG kamers). BAM Wonen is in 2008 gestart met de realisatie van Park Malderborgh. Het ontwerp voor het gehele plan is gemaakt door Chris Franken van VFO Architecten. Op de locatie lag voorheen het verzorgingstehuis Nieuw Malderborgh. Dit gebouw was sterk verouderd en voldeed met de kleine kamers niet meer aan de gewenste woonkwaliteit.
Aan de naastgelegen vijver is een nieuw verzorgingstehuis met 24 PG-kamers en 98 zelfstandige appartementen gerealiseerd. Dit was een hele verandering voor de bewoners omdat ze te maken kregen met een gescheiden woon/zorg concept. Nadat het nieuwe verzorgingstehuis, De Zonnebaars, was opgeleverd is het oude verzorgingstehuis met daarom heen een aantal bungalows gesloopt. Daarvoor in de plaats zijn drie woontorens verrezen met daarin koop- en vrije sector huurappartementen. Deze zijn door Altera in eigendom genomen. Aan de Ruijs de Beerenbouckstraat zijn 66 zorgkamers in drie gebouwen gerealiseerd voor Pluryn. De zes wooncomplexen liggen aan een grote vijver met in het midden het kunstwerk ‘de nachtbruid’ van de kunstenaar Marius van Beek omringd door een fontein. Het ontstane park is autoluw ontworpen. Onder de gebouwen ligt een grote stallingsgarage voor de bewoners van Park Malderborgh. Bezoekers kunnen parkeren op de naastgelegen bezoekersparkeerplaats. In Park Malderborgh is ook een ontmoetingsruimte gerealiseerd, genaamd "Bij de buren". Uniek aan deze ruimte is de exploitatie door het ZZG waarbij studenten van het naastgelegen Kandinski College stage lopen. Bewoners en omwonenden kunnen hier een kopje koffie komen drinken en een hapje eten. Ook biedt deze ruimte gelegenheid voor diverse verenigingen.’ Mevrouw Hanson komt niet meer ‘beneden’
We bevinden ons in een 55+ wooncomplex van 275 appartementen in Rotterdam. De voorzitter van de bewonerscommissie maakt zich zorgen. Mevrouw Hanson (79) komt al enige tijd niet meer naar het borreluurtje Beneden. ‘Beneden’ is het woord dat bewoners van dit wooncomplex gebruiken voor de gemeenschappelijke ruimte. De ruimte bevindt zich in de plint van het gebouw op de begane grond. Vandaar: Beneden. Woningcorporaties bezitten tezamen enkele tienduizenden van deze appartementencomplexen voor senioren. Met een deel van deze wooncomplexen gaat het de laatste jaren niet zo goed. Toenemende eenzaamheid, anonimiteit en sociale onveiligheid baren bewoners en corporaties zorgen. In een poging om (à la Hendik Groen) samen met bewoners ‘iets van het leven te maken,’ helpt ActivAge deze wooncomplexen bij gemeenschapsopbouw, gebruik makend van de beproefde methodiek Studio BRUIS – Samen Buurten. Doorgaans lukt dat heel aardig. Maar een prangende vraag dringt zich op: bruist het nou dankzij, of ondanks de gemeenschappelijke ruimte? Terug naar Mevrouw Hanson. Zou ze ziek zijn, vraagt de bewonerscommissie zich af. Navraag leert iets anders. Mevrouw Hanson is niet ziek. Ze schaamt zich. Diep van binnen voelt ze zich ongelukkig tijdens het borreluurtje. Wat blijkt? Mevrouw Hanson kan niet voldoen aan de onderlinge verwachting van de borrelaars om elkaar om de haverklap een rondje te geven. Ze heeft er het geld niet voor. Als ze voor de zoveelste keer een aangeboden drankje weigert, barst opeens iemand uit: mens, doe toch niet zo flauw! Het huilen staat mevrouw Hanson nader dan het lachen. Dan neemt ze een besluit. Dit was de laatste keer dat ze bij het borreluurtje was. Bekijken jullie het maar, denkt ze. En weg is ze. ‘Beneden’. Bewoners zeggen die ruimte enorm belangrijk te vinden. Corporaties steken er veel geld in. Ontmoeting, gezelligheid, positief imago, woonplezier. Allemaal dankzij ‘Beneden.’ Maar achter de roze wolk van sociale cohesie zie ik soms lelijke dingen. Zoals parochialisering: toe-eigening van de ruimte door een zelf-beherende kliek die bepaalt welke activiteiten mogen en welke niet. Zoals sociale uitsluiting van nieuwe bewoners: “Hallo, u kunt daar niet zitten hoor, daar zit mevrouw Damen.” Zoals alcoholmisbruik, mogelijk gemaakt door de vaak aanwezige tapvergunning. Stevige drinkers hangen luidruchtig aan de bar en doen iets te jolig naar medebewoners. Buurtbewoners van buiten komen er al helemaal niet meer want dan wordt het een café en dat mag niet van de Horecawet. ‘Beneden’ dus. Wat is het daar gezellig zeg. Van wie is die ruimte eigenlijk? En wat willen corporaties ermee? Deze tekst verscheen eerder als column in het tijdschrift Stedebouw en architectuur, jaargang 37, nr.1, april 2020, geschreven Kees Penninx/www.activage.nl Door Miriam Haagh -Reijne, wethouder Gezondheid, Wijkaanpak en Leren van de Breda werden wij geattendeerd op dit initiatief van de Rijksoverheid. Een maand geleden vroegen we met veel wetenschappers en bestuurders aan Hugo de Jonge en Paul Blokhuis om bij de aanpak #corona de focus meer te leggen op een gezonde leefstijl en opbouwen van weerstand. Als voorzitter van de thematafel overgewicht van het Nationaal Preventieakkoord vroeg ik daarbij vooral ook de aandacht voor een gezond gewicht. En zie hier.... easy as it can be... zullen we allemaal iets meer bewegen de komende tijd? Gezonder leven is makkelijker dan je denkt.
Artsen zeggen bijvoorbeeld: wandel elke dag minimaal een half uurtje. Juist in deze tijd. Dat draagt bij aan een goede weerstand. Je wordt minder ziek door bacteriën en virussen, zoals corona. En als je toch ziek wordt, herstel je meestal sneller. Mijn werk voor de Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag heeft in mijn hoofd meer deuren open gedaan dan alleen tav kinderopvangtoeslag. De slechte bejegening van burgers herken ik ook op veel andere terreinen: de gaswinning in Groningen, PTSS en integriteit bij de politie, de e-screener voor wapenverloven. Enzovoort!
Wat al die zaken gemeen hebben, dat is de vertrouwensvraag. Ben je als diender met PTSS iemand die lastig is, die het werk toch al niet aan kon, die nu financieel het onderste uit de kan wil? Of krijg jij als diender met PTSS het vertrouwen dat je nog net zo integer en te vertrouwen bent als altijd, dat jij verantwoord vraagt om hulp en ondersteuning? Bij de Belastingdienst, bij de Politie en op zoveel andere plekken (top en werkvloer) zal niemand werkelijk actief uit wantrouwen werken. Maar dat wil nog niet zeggen dat er uit vertrouwen gewerkt wordt. Zou het zo raar zijn om eerst eens aan die mensen zélf te vragen wat hun schade is, hoe het opgelost kan worden? Juist dat vertrouwen is 50% van de oplossing, misschien wel meer. De meeste mensen zoeken iedere dag weer naar rechtvaardigheid. Ook na een incident, als ze gemangeld zijn. De oplossing is dichterbij dan je denkt. Maak de switch in je kop. Ga uit van vertrouwen. Goede dagen! Gemeenten verhogen de grondprijzen dit jaar minimaal. Het gros verhoogt de prijzen niet of maximaal 2,5 procent. Dat terwijl woningprijzen een veel sterkere groei laten zien. Met de lage grondprijzen willen gemeenten woningbouw stimuleren, maar het is nog de vraag of de lagere prijzen dat effect hebben.
De cijfers komen uit de jaarlijkse Benchmark Gemeentelijke Grondprijzen 2020-2021 van Stec Groep. Slechts de helft van de gemeenten verhoogt de grondprijzen in 2021. Deze verhoging blijft bij 33 procent beperkt tot maximaal 2,5 procent. Het aandeel gemeenten dat volgens jaar hogere grondprijsstijgingen dan 2,5 procent verwacht, is met 17 procent fors lager in vergelijking tot wat in 2020 gerealiseerd is (28 procent). Opvallend is dat de verwachte prijsstijging voor met name woningbouwlocaties met 2,5 procent fors lager is dan op grond van de gemiddelde prijsstijging in de woningmarkt verwacht kan worden. De woningprijzen stegen in het derde kwartaal van 2020 met 9 procent in vergelijking met dezelfde periode in 2019. Corona slaat vooralsnog geen deuk in de woningmarkt. Aanvullend stegen de stichtingskosten afgelopen jaar beperkt, of daalden zelfs. Als de gemeenten een puur residuele grondprijs zouden rekenen, waar vanuit de ontwikkelaarshoek regelmatig om wordt gevraagd, zouden de grondprijzen dus hoger uitvallen. Bij de residuele methode wordt de grondprijs namelijk bepaald door het verschil (residu) tussen de stichtingskosten en de woningopbrengst. Gemeenten zijn komend jaar dus coulant met grondprijzen, maar corona is daarin geen doorslaggevende factor. Driekwart van de gemeenten geeft aan dat de coronacrisis geen invloed had op de beslissing om grond wel of niet aan te kopen en bij bijna twee derde heeft de crisis geen invloed op de grondwaarde van woningen en werklocaties. ‘Het lijkt erop dat de gemeenten gevoelig zijn voor de druk op de woningmarkt. Met de lagere grondprijzen willen ze woningbouw aanjagen of betaalbare of sociale woningen realiseren’ zegt Erik de Leve, specialist woningmarkt bij Stec Groep. Een lagere grondprijs leidt in de praktijk echter niet altijd tot meer woningbouw, blijkt uit eerder onderzoek door Stec Groep en de Nederlandse Vereniging van Gemeenten (VNG). Zolang er geen expliciete afspraken worden gemaakt tussen de ontwikkelaar en de gemeente, staat het ontwikkelaars bij woningen in het vrije segment namelijk alsnog vrij om een marktconforme woningprijs te rekenen. De winst uit lage grondprijzen verdwijnt dan in de zak van de ontwikkelaar. ‘Je krijgt een andere verdeling van de winst,’ zegt De Leve, ‘en niet per se meer woningen’. Gemeenten kopen meer grond Omdat de bouw van woningen nog steeds achterblijft bij de behoefte, verwachten gemeenten dat een actief grondbeleid hen meer regie geeft over de nieuwbouwproductie. Uit de benchmark blijkt dat 24 procent van de gemeenten een vooral actief grondbeleid voert. 36 procent voert een situationeel grondbeleid (een combinatie van actief en passief grondbeleid). Ongeveer 60 procent van de gemeenten heeft de afgelopen twee jaar grond aangekocht en bijna 52 procent van de gemeenten die dit de afgelopen twee jaar niet heeft gedaan is dit wel van plan. Dit is een forse stijging ten opzichte van vorig jaar. Ook buiten de groeiregio’s voeren gemeenten actief grondbeleid, zij het wel in mindere mate dan in bijvoorbeeld de Randstad. Op het hoogtepunt van de markt grond aankopen, brengt risico’s met zich mee. Dat ervoeren de gemeenten bij de vorige economische crisis. Toen woningprijzen in 2008 kelderden, daalden de grondwaarde mee. Dat kostte gemeenten in de daaropvolgende jaren miljarden euro’s. Ook nu zijn woningprijzen historisch hoog. De Leve maant gemeenten dus om bewust te zijn van eventuele risico’s die grondverwerving met zich meebrengt. ‘Gemeenten kopen nu grond op met het oog op het algemeen belang. Ze willen bijvoorbeeld de verrommeling van het stedelijk gebied aanpakken. Weeg dat belang wel af tegen financiële risico’s. De woningmarkt zit nu in de lift, maar een conjunctuurverandering kan daar verandering in brengen. Een gemiddelde woningbouwontwikkeling duurt zo’n tien jaar. Als in de komende tien jaar de woningwaarde flink daalt, zit je als gemeente met grond die flink in waarde kan zijn gedaald.’ Bron: Stadzaken.nl/ Kasper Baggerman De kersttoespraak is doorgaans de meest persoonlijke die de koning houdt. Vorig jaar zei Koning Willem-Alexander dat mensen niet te veel moeten streven naar geluk. De jongere generatie gaf hij mee dat verdriet en tegenslagen bij het leven horen. Koning Willem-Alexander spreekt de kersttoespraak uit vanuit de Chinese Zaal van Paleis Huis ten Bosch: " Zoveel gezichten. Zoveel persoonlijke verhalen. Die verpleegkundige in Zwolle, vlak na een lange dienst. Hoe ze zich inleefde in haar patiënten. “Niemand die een hand op je schouder kan leggen”, vertelde ze. “Alleen mensen in beschermende pakken om je heen.” Die arts in Hoensbroek, in revalidatie nadat ze zelf geveld was door het virus. Nog te zwak om thuis een pan af te gieten. Maar toch van plan om weer aan de slag te gaan zodra het kon. Die studenten in Breda, snakkend naar het gewone studentenleven. En die productieleider van het Shakespearetheater uit Diever die me vertelde over dat lege gevoel: “Dan zit je thuis en dan denk je: vanavond zouden we Midzomernachtsdroom gespeeld hebben.” Aan het einde van een zwaar jaar is dit niet het Kerstfeest waarop we hadden gehoopt. We hebben allemaal onze plannen moeten aanpassen. Veel waarop we ons verheugden, kan niet doorgaan en dat is een teleurstelling. In huiskamers overal in Nederland blijven stoelen leeg, terwijl we maar al te graag extra stoelen hadden aangesleept. Mijn hart gaat uit naar al die mensen wier bestaan overhoop gegooid is. Mensen met een droom die geknapt is. Ondernemers die hun gezonde bedrijf zien kapseizen. Mensen die zich eenzaam voelen en niet weten waar ze het zoeken moeten. Bodemloos is het verdriet van iedereen die een dierbare heeft verloren - door COVID of welke oorzaak dan ook - en het gevoel heeft niet goed afscheid te hebben kunnen nemen. Wij mensen kúnnen niet zonder een liefhebbende blik of een omhelzing. Gedwongen afstand houden druist in tegen onze menselijke natuur. Ik wil iedereen bedanken die zich de afgelopen maanden met vallen en opstaan aan de voorschriften heeft proberen te houden. En iedereen die zich op welke manier dan ook inzet om ons door deze crisis heen te helpen of meewerkt aan het veilig beschikbaar maken van vaccins. De coronapandemie maakte het allerbeste in ons wakker. Verantwoordelijkheidsgevoel. Medeleven. Kameraadschap. Hulpvaardigheid. Solidariteit. Maar ze confronteerde ons ook met de scherpe en ongemakkelijke kanten van onszelf en de samenleving. Momenten van ongeduld en onrust. Iedereen zal het herkennen. Het zijn begrijpelijke gevoelens. Je wilt je vertrouwde leven eindelijk weer eens terug. En dan is er de onzekerheid. Daar kunnen we slecht mee omgaan. Soms voelt het alsof onzekerheid erger is dan een somber perspectief. We gaan er bijna automatisch van uit dat alles in het leven te beheersen is. Maar dit? Dit onttrekt zich aan onze greep. Wie onzeker is, kan houvast zoeken in ferme ideeën, beelden en standpunten. Door stevig positie te kiezen, maak je de wereld immers weer overzichtelijk. We leven in een tijd waarin verwacht lijkt te worden dat je stelling neemt. Voor of tegen. Vriend of vijand. Wij of zij. Maar wat als je het gewoon even niet weet? Als je twijfelt? Of soms van mening verandert? Misschien voelt U zich helemaal niet thuis bij muurvaste standpunten. Misschien vindt U het wel vervelend om steeds partij te moeten kiezen en bent U in Uw hart met heel andere dingen bezig dan de kwesties waarover dagelijks zo fel wordt getwist. Misschien bent u moe van opwinding, argwaan en fanatisme. Moe van de manische meningenmachine. Misschien snakt U stilletjes naar een beetje onderling begrip. Ontspanning. Doodgewone vriendelijkheid. En denkt U: ik ben blijkbaar een buitenbeentje. Laat me U geruststellen: dat bent U niet. U bent onmisbaar. Ook de zachte stemmen verdienen het om gehoord te worden. Scherpe debatten over uitgesproken opvattingen of radicale ideeën horen bij een vrije samenleving. Ze zijn nodig en brengen ons verder. Wie houvast zoekt in die opvattingen of ideeën, mag niet worden buitengesloten. Maar het kenmerk van een vrije samenleving is nu juist dat er óók ruimte is voor nuance. Voor redelijkheid en mildheid. Voor nieuwsgierigheid en onderzoek. Voor ironie en zelfrelativering – altijd het beste medicijn bij een opgekropt gemoed. En voor vergeving. Een bijna ouderwets begrip, dat in de Bijbel een grote rol speelt. En dat juist in deze tijd onverminderd heilzaam kan zijn. Wij mensen zijn niet geschapen om elkaar te haten. Een land waarin mensen elkaar een beetje liefdevol tegemoet treden, is een land waarin mensen zich thuis kunnen voelen, ook in tijden van grote onzekerheid. De apostel Paulus heeft het heel mooi verwoord: “De liefde is geduldig en vol goedheid. Ze kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan, ze verheugt zich niet over het onrecht maar vindt vreugde in de waarheid.” Het Kerstfeest is van oudsher het feest van het terugkerende licht na de donkerste periode van het jaar. Bij alle onzekerheid mogen we daarop vertrouwen. Heb geduld. De zon keert terug. Het licht komt terug. ‘ Midzomernachtsdroom’ zal weer gespeeld worden. We zullen elkaar weer kunnen ontmoeten en omhelzen. Ik wens U allen – waar U zich ook bevindt en hoe Uw persoonlijke omstandigheden ook zijn – een gezegend Kerstfeest." Foto: RVD- Paul Tolenaar Woningnood oplossen door herbestemming van leegstaande kantoorpanden. Studio Driedubbel ontwerpt en ontwikkelt unieke woonconcepten om ook aan dit vraagstuk te kunnen voldoen.
We hebben een concept ontwikkeld wat ‘Overlapwoningen’ heet en waar zelfs 3 generaties samen kunnen wonen: een gezinswoning, een seniorenwoning en een zorgwoning die met elkaar zijn verbonden. Bron: Elles van Sluisveld/Studio Driedubbel Geef woningzoekenden meer toegang tot de huizenmarkt
Nieuwe woningen bouwen is het antwoord op het oplossen van de woningnood. Maar er zijn meer instrumenten voor een gezond werkende huizenmarkt. Regionale woonruimteverdeling is het instrument voor een betere toegang voor woningzoekenden tot de woningmarkt en een goede match tussen vraag en aanbod. Woningzoekenden op de lokale huurmarkt zien vrijkomend aanbod nog te vaak aan hun neus voorbij gaan. De werkende jongere kan daardoor niet wegkomen bij ouders of uit de studentenkamer. Het jonge gezin komt maar niet in aanmerking voor een gezinswoning en de oudere kan niet doorstromen naar een aantrekkelijk appartement in de buurt van het winkelcentrum. Kortom, de doorstroming stokt. Woningzoekers zoeken niet meer alleen hun heil op de lokale woningmarkt. Meer dan 30% van de woningzoekenden in de sociale huur verhuist gemiddeld zo’n 20 kilometer buiten de huidige gemeente. Regionale woonruimteverdeling zorgt voor een betere dienstverlening van huishoudens die op zoek zijn naar een woning buiten de gemeente. Door het vrijkomende woningaanbod zichtbaar te maken op één portaal kunnen woningzoekenden in één oogopslag zien waar en wanneer ze hun woningbehoefte kunnen vervullen. Je kunt vanaf je luie stoel de afweging maken of je liever wat langer wacht voor het kleine flatje in de stad of sneller in aanmerking wilt komen voor een ruime, betaalbare woning in een dorp even verderop. Terwijl de woningzoekende beter wordt bediend, komt tegelijk de doorstroming beter op gang. Als ouderen meer zicht hebben op hun mogelijkheden voor een mooi appartement zullen ze hun verhuisneiging sneller verzilveren. Gezinnen zien daardoor meer rijwoningen beschikbaar komen. Door de toegang op de woningmarkt te verruimen kunnen er ook problemen ontstaan. Als je woonruimteverdeelsystemen in elkaar vlecht, zouden woningzoekenden hun opgebouwde inschrijfrechten kunnen verliezen. Er ontstaan mogelijk ook ongewenste verdringingseffecten: als eindelijk dat langverwachte appartementencomplex in het centrum van jouw dorp wordt opgeleverd, dan is het heel zuur als die woning wordt weggekaapt door een woningzoekende met meer wachttijdpunten uit een andere gemeente. Gemeenten kunnen dit soort ongewenste effecten voorkomen door lokaal maatwerk in verordeningen mogelijk te maken. Steeds meer woningcorporaties werken samen om hun vrijkomende woningaanbod gezamenlijk in een bredere regio te presenteren. Companen ondersteunt daarbij als procesregisseur. Zo hebben wij de Drentse corporaties en huurdersorganisaties ondersteund bij de livegang van Thuiskompas. Uiteraard in goede samenwerking met de softwareleveranciers Zig en Enserve. Dat doen we ook op andere plekken in Nederland. Zo wordt de woningzoekende beter bediend en de druk op de woningmarkt in banen geleid. Wilt u weten hoe wij u kunnen ondersteunen als procesregisseur, neem contact op met Martin Bleijenburg. Bron: tekst en foto: Companen Het zoemde al een tijd rond, maar nu is het dan toch eindelijk officieel: de - tijdelijke - opschorting van de markttoets voor woningcorporaties is een feit.
Corporaties kunnen vanaf 1 januari 2021 veel makkelijker een actieve rol nemen bij het ontwikkelen van betaalbare koopwoningen en middenhuur. Nu dus ook geen excuusmogelijkheid voor corporaties meer dat 'we dit niet mogen van de overheid'. Aanwijzing aan de Autoriteit Woningcorporaties tijdelijke opschorting markttoets Minister Ollongren (BZK) heeft een aanwijzing gegeven aan de Autoriteit woningcorporaties (Aw). De aanwijzing is gegeven in het kader van de op Prinsjesdag aangekondigde opschorting van de markttoets voor een periode van drie jaar. De markttoets is een goedkeuringsprocedure die geldt voor investeringen door woningcorporaties die niet vallen onder diensten van algemeen economisch belang (DAEB), waaronder het bouwen van middenhuurwoningen. In haar brieven aan de Eerste- en Tweede Kamer licht de minister toe dat zij de Aw met deze aanwijzing heeft verzocht om per 1 januari 2021, in anticipatie op de inwerkingtreding van het wetsvoorstel wijziging van de Woningwet naar aanleiding van de evaluatie van de herziene Woningwet, niet te handhaven op de vereisten van de markttoets. Gezien de beknelde positie van huishoudens met een middeninkomen op de woningmarkt, in combinatie met de economische onzekerheden als gevolg van de coronacrisis, acht het kabinet het wenselijk om de procedurele drempels voor woningcorporaties om in de niet-DAEB te investeren zo spoedig mogelijk weg te nemen. Download 'Aanwijzing aan de Autoriteit Woningcorporaties tijdelijke opschorting markttoets' PDF document | 3 pagina's | 103 kB Brief | 18-12-2020 Bijlagen Vier grootste groenbedrijven zweren chemische onkruidbestrijding af
Eind vorige week is het verbod op pesticiden (o.a. glyfosaat) opgeheven door de rechtbank, en mogen overheden en bedrijven dit weer gebruiken. Deze uitspraak is nog niet bindend omdat de cassatietermijn en eventuele uitspraak van de Hoge Raad moeten worden afgewacht. idverde NL, Donker Groep, Dolmans Landscaping Group en Krinkels wachten dit niet af en blijven chemievrije onkruidbestrijding toepassen omdat dit beter is voor milieu, mens en dier. Zij roepen andere groenbedrijven op om hetzelfde te doen. Schadelijk voor milieu, mens en dier Een optimaal beeld creëren van schone straten en paden is voor het oog aantrekkelijk, maar voor milieu, mens en dier schadelijk. Door straten en paden chemisch te bestrijden, verdwijnt namelijk bijna 90% van het bodemleven. Niet alleen voor het milieu heeft het nadelige gevolgen. Wanneer het regent, trekken pesticiden in grondwater en plassen, meren en rivieren. Dieren en de mensen drinken het ’gezuiverde’ grondwater en krijgen zo restanten van pesticiden binnen. Chemische onkruidbestrijding niet langer nodig Pesticiden werden met name voor 2016 veel gebruikt voor het bestrijden van onkruid en plaagdieren. Denk hieraan bij het verwijderen van onkruid tussen tegels of het voorkomen van een insectenplaag bij planten. De afgelopen vier jaar heeft de groenbranche ingezet op verduurzaming van onkruidbestrijding door verschillende alternatieven te bedenken. Door slim te investeren is chemische onkruidbestrijding helemaal niet meer nodig. Het gebruik van vaste planten is hier een mooi voorbeeld van. Door de juiste soorten aan te leggen wordt onkruid onderdrukt. De kosten van het onderhoud gaan hierdoor omlaag en de beleving van het groen gaat omhoog. Chemievrij beheer met meer groenbeleving! Toekomstgericht handelen Daarnaast blijft het kabinet streven naar een pesticidevrij Nederland in 2030 en de vier onbetwiste marktleiders sluiten zich hier volledig bij aan. Wanneer chemische bestrijding wordt afgeschaft is dat niet alleen beter voor mens en dier, maar biedt het kansen voor een beter milieu. Toekomstgericht handelen heeft een impact op het beter achterlaten van onze wereld. Door ons te richten op duurzame oplossingen bepalen wij wat er in de toekomst gebeurt. Corporaties dragen hun steentje bij aan de klimaatopgave om in 2050 CO₂ neutraal te worden. Maar hoe weet je nou of je op de goede weg zit en de euro’s voor verduurzaming goed uitgeeft? De ene CO₂ is de andere niet, zo blijkt in de praktijk. Wil je hierop kunnen sturen, dan is het maken van keuzes in afbakening en grondslagen onvermijdelijk.
Cirkel van invloed Tot waar reikt ‘de cirkel van invloed’ van een corporatie? De eigen organisatie en de vastgoedvoorraad zijn binnen boord, de klant en energieleveranciers daarentegen al meer op afstand. Aedes sorteert niet voor niets voor op het meten van ‘de standaard’ warmtevraag van het vastgoed als maatstaf. Ondertussen wijzigt de normering van EPG naar NTA 8800. En op de achtergrond koersen landelijke CO2-kengetallen van de energie-industrie naar vergroening! Wat neem je wel en niet mee? Het aanbod van data omtrent dit onderwerp is divers. Zo zijn er meestal woningkenmerken volgens de EPG-norm, werkelijke energieverbruiken via de netbeheerder en facturen van energieleveranciers voorhanden. Daarnaast bestaan er een heleboel factoren die invloed hebben op de CO₂ uitstoot, zoals bewonersgedrag, de samenstelling van een huishouden en de opwek en terug levering van duurzame energie. Over welke periode beschouwen we de totale CO2-emissie en vinden we salderen van CO2 over die periode toelaatbaar? En vaak nog niet in beeld, maar steeds relevanter wordt de CO2-impact van het materiaalgebruik bij alle (ver)bouwactiviteiten. Menukaart geeft helderheid voor CO₂ monitoren W/E ontwikkelde samen met klanten een menukaart waarmee corporaties een bewuste keuze kunnen maken over hoe ze de CO2-monitoring inrichten. We gaan uit van beschikbare data of vullen deze waar mogelijk aan met kengetallen, zoals de CO2-emissie door materiaalgebruik. Dankzij de modulaire opbouw is het meetbaar en bespreekbaar maken voor verschillende doeleinden mogelijk. Lees hier hoe we samen met de Alliantie werken aan CO₂ monitoren en forecasten. Bron: Thijs Kurstjens Senior adviseur en teamleider / marktspecialist corporaties Vuurwerk: mooie samenwerking tussen gemeente, politie en woningbouwverenigingen.
In Nederland is illegaal vuurwerk kopen en verkopen verboden. Je mag het niet in bezit hebben, opslaan, vervoeren of afsteken. Het kan behalve een gevangenisstraf ook een aantekening op een strafblad betekenen. De gemeente kan zelfs bewoners uit huis zetten. De politie in Zaanstad doet uitgebreid onderzoek naar de handel en opslag van illegaal vuurwerk. De afgelopen maanden is alleen al in Noord Holland meer dan duizend kilo verboden vuurwerk in beslag genomen. Handel in en opslag van illegaal vuurwerk is niet alleen strafbaar, het is ook levensgevaarlijk. Een ontploffing kan grote gevolgen hebben. Bron: Gemeente Zaanstad |
Archief
March 2024
LinksWONING STICHTING SINT ANTONIUS VAN PADUA
TOPAZ MUNNEKEWEIJ
BLIK OP NOORDWIJKERHOUT
DE NIEUWE WIND
WOONBOND - DE STEM VAN HUREND NEDERLAND
STICHTING HUURDERS
BELANGEN DE DUINSTREEK STICHTING HUURDERS BELANGEN NOORDWIJKERHOUT EN DE ZILK
HUREN IN HOLLAND RIJNLAND
AEDES - VERENIGING VAN WONING
CORPORATIES HUURCOMMISSIE
RIJKSOVERHEID
Laatst bijgewerkt: 24/03/2020 |