Stalling van scootmobielen en attributen: De vraagstelling is dat een steeds groter deel van senioren en mensen met een beperking gebruikmaken van een scootmobiel. Het plaatsen en laden van de scootmobielen en attributen in verkeersruimtes binnen (woon)gebouwen levert regelmatig discussie op in VvE’s, met de gemeente (= bevoegd gezag) en de brandweer. Discussiepunten zijn de mogelijke belemmering van vluchtwegen en het gevaar van brand van scootmobielen. Het stallen en laden van scootmobielen in woongebouwen leidt tot twee potentiële risico’s voor bewoners en bezoekers:
Accu’s vormen (naast de aanwezigheid van bijtende stoffen) een verhoogd brandgevaar bij het laden (ook bij druppelladers). De brandgevaarlijke gassen die bij het laden (in beperkte mate) vrijkomen kunnen tot ontbranding komen, indien de laadinstallatie vonken veroorzaakt of indien er bijvoorbeeld gerookt wordt. Goede ventilatie is dan ook van belang. Het brandgevaar van scootmobielen zit hem ook in de oververhitting van elektronica door bijvoorbeeld het falen van thermische beveiliging. Daarnaast is een scootmobiel een forse vuurlast en bron van rookverspreiding in geval van brand. Deze risico’s leiden tot specifieke eisen gesteld aan laadplaatsen van accu’s, weliswaar opgesteld in het kader van de Arbowet (= Arbeidsomstandighedenwet) maar zeker toepasbaar indien in een woongebouw een specifieke laadplaats noodzakelijk is. Daarenboven wordt in artikel 7.10 van het Bouwbesluit, ‘Restrisico brandgevaar en ontwikkeling van brand’, voorgeschreven dat het verboden is om in een bouwwerk voorwerpen te plaatsen of te hebben, waardoor: a. brandgevaar wordt veroorzaakt, of b. bij brand een gevaarlijke situatie wordt veroorzaakt. Artikel 7.16 van het Bouwbesluit, ‘Restrisico veilig vluchten bij brand’, geeft aan dat het verboden is om in een bouwwerk voorwerpen te plaatsen of te hebben, waardoor: a. bestrijding van brand wordt belemmerd; b. het gebruik van vluchtmogelijkheden bij brand wordt belemmerd, of c. het redden van personen of dieren bij brand wordt belemmerd. Samengevat betekent dit dat het niet toegestaan is om scootmobielen en attributen in de centrale hal, trappenhuizen en de verkeersruimte te stallen. Een andere mogelijkheid is om de scootmobielen in een afzonderlijke stallingsruimte of brand- compartiment te stallen. In de meeste gevallen zal deze ruimte ten minste 30 minuten brandwerend van de rest van het gebouw gescheiden moeten zijn. Naast aandacht voor voldoende ventilatie moet de deur zelfsluitend uitgevoerd zijn. Voor het stallen van een scootmobiel in de eigen woning geeft de bouwregelgeving geen voorwaarden. Wel is het belangrijk dat door het plaatsen van een scootmobiel in de woning, het verlaten van de woning in geval van een calamiteit niet ernstig wordt belemmerd.
0 Comments
Leave a Reply. |
Archief
May 2024
LinksWONING STICHTING SINT ANTONIUS VAN PADUA
TOPAZ MUNNEKEWEIJ
BLIK OP NOORDWIJKERHOUT
DE NIEUWE WIND
WOONBOND - DE STEM VAN HUREND NEDERLAND
STICHTING HUURDERS
BELANGEN DE DUINSTREEK STICHTING HUURDERS BELANGEN NOORDWIJKERHOUT EN DE ZILK
HUREN IN HOLLAND RIJNLAND
AEDES - VERENIGING VAN WONING
CORPORATIES HUURCOMMISSIE
RIJKSOVERHEID
Laatst bijgewerkt: 24/03/2020 |